4.1 Korte beschrijving van de lessen rond het thema 'De woordenfabriek'
Les 1: Introductieles
Doelstellingen: De kinderen krijgen een beeld van het thema 'De woordenfabriek'.
De kinderen worden gemotiveerd om rondom dit thema te gaan werken.
Inleiding: Ik laat de kinderen
een bord zien met daarop de volgende tekst: "Breng hier uw oude woorden,
wij maken er nieuwe van!" Ik introduceer het thema 'De woordenfabriek'
aan de hand van de zelfgemaakte voorkant van deze fabriek.
Kern: Ik vertel een spannend verhaal over 'De woordenfabriek'.
Afsluiting: Ik geef globaal het verloop van de lessenserie aan.
Les 2: Samenstellingen
(1)
Doelstellingen: De
kinderen kunnen samenstellingen herkennen binnen de groep van gelede woorden.
De kinderen kunnen de gegeven samenstellingen analyseren.
De kinderen kunnen a.d.h.v. de betekenis van beide woorden aangeven wat de betekenis
van de samenstelling is.
Inleiding: Introductie van
de drie soorten woorden (woorden die je niet uit elkaar kunt halen, woorden
die je uit elkaar kunt halen en woorden die bestaan uit woordstukjes). Hierna
licht ik de samenstellingen eruit (eerste fabriekshal).
Aan de hand van de voorkant van de woordenfabriek leg ik uit wat samenstellingen
zijn en hoe de betekenis ervan te achterhalen is.
Kern: De kinderen krijgen een werkblad met samenstellingen, die ze uitknippen.
Vervolgens knippen ze de samenstellingen in tweeën en kijken naar de betekenis
ervan.
Afsluiting: Bespreking van de activiteit. Samen zoeken we naar een juiste beschrijving
van de betekenis van de samenstellingen. De kinderen noteren deze beschrijving
in hun woordenkookboek (die ze in les 1 gekregen hebben).
Les 3: Samenstellingen
(2)
Doelstellingen: De kinderen kunnen van losse woorden samenstellingen maken (synthetiseren).
De kinderen kunnen a.d.h.v. de betekenis van beide woorden aangeven wat de betekenis
van de samenstelling is.
Inleiding: Korte herhaling
van wat samenstellingen zijn. A.d.h.v. de voorkant van de woordenfabriek de
kinderen zelf samenstellingen laten vormen.
Kern: De kinderen krijgen een envelop met kaartjes. Met de woorden op de kaartjes
maken ze samenstellingen. Hierbij gebruiken ze de kartonnen malletjes, waar
de kaartjes naast elkaar in kunnen. Vervolgens kijken ze naar de betekenis van
de samenstellingen.
Afsluiting: Bespreking van de activiteit. Samen zoeken we naar een juiste beschrijving
van de betekenis van de samenstellingen. De kinderen noteren deze beschrijving
in hun woordenkookboek.
Les 4: Samenstellingen
(3)
Doelstellingen: De kinderen oefenen zowel het analyseren als het synthetiseren
van samenstellingen met als doel dat ze deze beide vaardigheden naast elkaar
toepassen en beheersen.
Inleiding: Korte herhaling
van de vorige twee lessen.
Kern: De kinderen werken met een werkblad met samenstellingen en een envelop
met kaartjes.
Afsluiting: Bespreking van de activiteiten en van de betekenis van de samenstellingen
die de kinderen niet begrijpen.
Les 5: Samenstellingen
(4)
Doelstellingen: De kinderen herhalen wat ze in les 2 t/m 4 van 'De woordenfabriek'
geleerd en geoefend hebben.
Inleiding: Ik leg de kinderen
uit dat het de bedoeling is dat ze in deze les alles leren wat ze in les 2 t/m
4 gehad hebben en dat ik daarna een quiz afneem.
Kern: De kinderen leren de stof die ze in les 2 t/m 4 gehad hebben. Als ze hiermee
klaar zijn, zoeken ze in een krant naar samenstellingen.
Afsluiting: Quiz.
Les 6: Afleidingen (1)
Doelstellingen: De kinderen kunnen de gegeven afleidingen analyseren.
De kinderen kunnen a.d.h.v. de betekenis van de woordstukjes aangeven wat de
betekenis van het gehele woord (de afleiding) is.
Inleiding: Korte herhaling
van de drie soorten woorden uit les 2. Ik licht de woorden die bestaan uit woordstukjes
eruit (tweede fabriekshal).
Ik introduceer de drie typen afleidingen en geef hiervan voorbeelden, waarbij
ik de voorkant van de fabriek gebruik. Ik leg uit hoe de betekenis ervan te
achterhalen is.
Kern: De kinderen krijgen een werkblad met afleidingen, die ze uitknippen. Vervolgens
knippen ze de afleidingen in twee of drie stukjes en kijken naar de betekenis
ervan.
Afsluiting: Bespreking van de activiteit. Samen kijken we naar de betekenis
van de afzonderlijke woordstukjes. De kinderen noteren de voor- en achtervoegsels
met bijbehorende betekenis in hun woordenkookboek. Aan de hand van de betekenis
van de afzonderlijke woordstukjes achterhalen we de betekenis van het gehele
woord (de afleiding).
Les 7: Afleidingen (2)
Doelstellingen: De kinderen kunnen m.b.v. een doorschuifsysteem bij een aantal
voor- en achtervoegsels woorden (grondwoorden) sorteren die aan de betreffende
voor- en/of achtervoegsels 'geplakt' kunnen worden (synthetiseren).
De kinderen kunnen a.d.h.v. de betekenis van de voor- en achtervoegsels aangeven
wat de betekenis van het gehele woord (de afleiding) is.
Inleiding: Korte herhaling
van de drie typen afleidingen.
Ik laat zien hoe een doorschuifsysteem werkt.
Kern: De kinderen werken in tweetallen met een doorschuifsysteem.
Afsluiting: Bespreking van de activiteit. Samen kijken we naar de betekenis
van de afzonderlijke woordstukjes. De kinderen noteren de voor- en achtervoegsels
met bijbehorende betekenis in hun woordenkookboek. Aan de hand van de betekenis
van de afzonderlijke woordstukjes achterhalen we de betekenis van het gehele
woord (de afleiding).
Les 8: Afleidingen (3)
Doelstellingen: De kinderen oefenen zowel het analyseren als het synthetiseren
van afleidingen met als doel dat ze deze vaardigheden naast elkaar toepassen
en beheersen.
Inleiding: Korte herhaling
van de vorige twee lessen.
Kern: De kinderen werken met een werkblad met woorden die bestaan uit woordstukjes
(afleidingen) en met een doorschuifsysteem.
Afsluiting: Bespreking van de activiteiten en van de betekenis van de afleidingen
die de kinderen niet begrijpen.
Les 9: Afleidingen (4)
Doelstellingen: De kinderen herhalen wat ze in les 6 t/m 8 van 'De woordenfabriek'
geleerd en geoefend hebben.
Inleiding: Ik leg de kinderen
uit dat het de bedoeling is dat ze in deze les alles leren wat ze in les 6 t/m
8 gehad hebben en dat ik daarna een quiz afneem.
Kern: De kinderen leren de stof die ze in les 6 t/m 8 gehad hebben. Als ze hiermee
klaar zijn, maken de kinderen zelf een fantasiewoord dat bestaat uit woordstukjes
en schrijven hierover een stukje in hun woordenkookboek.
Afsluiting: Quiz.
Les 10: Samenstellingen
en afleidingen (1)
Doelstellingen: De kinderen kunnen samenstellingen en afleidingen herkennen.
De kinderen oefenen met het analyseren, synthetiseren, sorteren en semantiseren
van samenstellingen en afleidingen.
Inleiding: Ik vertel de
kinderen dat ze gaan werken met samenstellingen èn met woorden die bestaan
uit twee of drie woordstukjes. Ik herhaal kort wat samenstellingen zijn en welke
verschillen er zijn tussen samenstellingen en woorden die bestaan uit twee of
drie woordstukjes.
Kern: De kinderen werken in tweetallen met een envelop met blanco kaartjes,
waarvan ze een envelop met samenstellingen voor een ander tweetal maken. Ook
werken ze in tweetallen met een envelop met kaartjes die gesorteerd moeten worden
in de 'her-bak', de '-baarbak' en de '-achtigbak'.
Afsluiting: Bespreking van de activiteiten en van de betekenissen van de samenstellingen
en de afleidingen.
Les 11: Samenstellingen
en afleidingen (2)
Doelstellingen: De kinderen kunnen samenstellingen en afleidingen herkennen.
De kinderen oefenen het analyseren, synthetiseren en semantiseren van samenstellingen
en afleidingen.
Inleiding: Ik herhaal kort
wat we de vorige les gedaan hebben en vertel de kinderen dat ze deze les weer
met allebei de soorten woorden gaan werken. Indien nodig, herhaal ik kort wat
samenstellingen en afleidingen zijn.
Kern: De kinderen werken in tweetallen met een envelop met samenstellingen (gemaakt
door een ander tweetal) en met een doorschuifsysteem.
Afsluiting: Bespreking van de activiteiten, van de problemen die de kinderen
tijdens het uitvoeren van deze activiteiten zijn tegengekomen en van de betekenissen
van de woorden die de kinderen niet begrijpen.
Ik geef de kinderen gelegenheid tot het stellen van vragen over alle stof die
ze in de elf lessen van 'De woordenfabriek' gehad hebben i.v.m. de toets die
ze hierover krijgen.